Knikkerbaan

Ik maak een knikkerbaan van papierstroken.

Kijk goed naar de tekening.
Vouw een gootje.
Knip er een stukje van 3cm af.
Maak daar een staander van.

Lijm staander en gootje vast.
Vouw het volgende gootje.
Maak een staander van 4 cm.
Lijm vast, enz.

Maak een bocht.
Knip precies tot de vouw.

Test de baan na iedere strook.

Vang de knikker aan het eind op.
Rem de knikker onderweg af.

Maak een baan van 5, 10 of ... seconden.
Maak een baan waarbij de knikker zo lang mogelijk onderweg is.
Mijn knikker was ... seconden onderweg.

Sorteer de knikkers automatisch op grootte. Laat een lampje branden als er een knikker voorbij komt. Bedenk een toepassing voor knikkerbanen.

Bouw de baan stap voor stap en begin onderaan. Met name jongens hebben nogal de neiging om zo hoog mogelijk bovenaan te beginnen op zwiebelende staanders.
Laat ook niet beginnen met het maken van een looping. Een looping kan wel, maar dan moet de baan stevig zijn, anders gaat de energie van de knikker zitten in het bewegen van de baan en niet in de snelheid. De hoogte moet minstens 40 cm zijn en de doorsnede van de looping zo klein mogelijk.

Voor een stevige baan is goed lijmen een eerste vereiste. Een druppeltje op de te lijmen plaats, uitsmeren en even laten aandrogen. Een overmaat lijm leidt tot slap papier en lange droogtijden.

Meer informatie is te vinden in Techniek de Eerste Stap of in Leefwereld, deel 7, les 3.

Techniek de Eerste Stap kun je bestellen via de website of bij Heutink (bestelnummer 649.052).
Leefwereld is verkrijgbaar bij Wolters-Noordhoff.

Een geschikte soort papierstroken zijn de vlechtrepen van Heutink.

	Klik hier op Acrobat Reader 4.0 te downloaden (alleen als je die nog niet hebt geinstalleerd)
	Klik hier om het werkblad te downloaden
	Klik op het icoontje van de printer in de werkbalk boven het venster om het werkblad af te drukken